MILES NIELSEN AND THE RUSTED HEARTS - OHBAHOY

Ik weet niet in welke mate u vertrouwd bent met deze band uit Rockford, Illinois, maar in elk geval waren ze mij, tot voor deze plaat, hun zesde, volledig onbekend, al kwamen ze in deze kolommen al bij herhaling aan bod. Wel ken ik een ep’tje van frontman Miles Nielsen in duo met Kelly Steward, een dame die onder eigen naam heel mooie dingen maakt en die ook op deze “Ohbahoy” vocale acte de présence komt doen.

Het eerste wat je opvalt, als je de CD in de lader schuift, is de gelijkenis, stemgewijs dan toch, met wijlen Tom Petty. Ook de gitaarklanken en de fraaie harmonieën doen meer dan eens aan Petty denken, al vond ik ook dat The Cars en Paul Carrack als referentie kunnen dienen. Dat betekent dus dat je in de pop zit, met dien verstande dat soul niet geschuwd wordt en dat, althans op deze nieuwe plaat, de Americana het onderliggende bedje is, waarop de fraaie drieminuten songs gedrapeerd liggen.

De Rusted Hearts zijn in totaal met vijf, waarvan vier ook delen van de vocals voor hun rekening nemen. Enkel drummer Jeff Werckle valt op dat vlak uit de toon, wat ons meteen bij The Beatles brengt: dansbare pop afgewisseld met steviger gitaarwerk -Daniel James McMahon is, naast Nielsen, een knappe gitarist-, en ballads waarin de blazers en toetsen, in handen van Adam Plamann, uitstekend tot hun recht komen. Tel daarbij de oerdegelijke baspartijen van Dave McClellan op en je hebt een heel solide groepsgeluid, dat wendbaar genoeg is om de meest uiteenlopende stijlen binnen de rootsy pop aan te pakken en je hebt een basis van waaruit je kunt vertrekken.

De plaat schijnt genoemd te zijn naar een jeugdvriend uit Nielsen’s verbeelding en vertelt over verschillende gebeurtenissen die hij zou kunnen meegemaakt hebben: elf songs, in totaal veertig minuten, die werkelijk voorbijvliegen, omdat het wel lijkt alsof alles in één forse live-sessie is opgenomen. Dat is niet echt zo gebeurd, maar de werkzaamheden van producer Duane Lundy laten de plaat wel klinken alsof dat zo geweest had kunnen zijn.

Resultaat is een uiterst knappe verzameling popliedjes-met-inhoud, die aantonen dat deze band een eigen plaatsje aan het verwerven is. Voor ouderen onder ons: denk aan wat Foster & Lloyd destijds deden: muziekjes die snel de weg vinden naar je hersenpan en die de neiging hebben daar dagenlang te blijven kamperen. Opener “Hands Up” is er zo eentje, en “Heaven Only Knows”, waarin de geest van The Bo Deans rondwaart al evenzeer: dat is noch min noch meer een geheide radiohit.

De band was recent in ons land en mensen die erbij waren, zeggen me dat dat een redelijk memorabel live-gebeuren was. Ik kan dat aannemen, aangezien deze studioplaat zo bijzonder live klinkt. Ik denk dat ik wat werk te doen heb: op zoek gaan naar het vroegere werk van deze knappe songmakers.

(Dani Heyvaert)


Artiest info
Website  
 

video